Na de knappe overtuigende winst van vorig weekend tegen Grasshoppers konden de U20-dames van Jolly Jumpers ditmaal niet overtuigen. Zaterdagavond werd met 63-66 verloren van Apollo Amsterdam, dat daarmee pas haar tweede wedstrijd in de competitie won.

Voorafgaand aan de wedstrijd zullen de dames van Jolly Jumpers vertrouwen hebben gehad op een goede uitkomst van deze wedstrijd. Het eerste onderlinge treffen eindigde immers met een 44-60 winst. Daarnaast stond de ploeg uit Amsterdam onderaan de ranglijst op de 14e plek. Dit terwijl de Tubbergenaren (met een relatief jong team) op een verdienstelijke 10e plek stonden. Dit alles leek perspectief te bieden.

Onder toeziend oog van een enthousiast publiek in Sportcentrum de Vlaskoel opende Emma Oude Vrielink de score. Zij speelde in alle opzichten een sterke pot. Zoals wel vaker zette Emma ook deze avond aanvallend de lijnen uit en was sterk in de rebound. De score ging van een 6-3 voorsprong naar een 6-12 achterstand. Dit typeerde de wedstrijd. Een wisselvallig verloop. Tegen de verwachting in werd het eerste kwart daardoor wat teleurstellend met een 12-17 achterstand afgesloten.

Apollo startte ook het tweede kwart overtuigend en liep uit naar een 12-29 voorsprong. Dankzij sterk verdedigen volgens het getrainde systeem en 6 punten op rij van Anna Korte (met 9 punten in het 2e kwart) kwam Jolly Jumpers terug in de wedstrijd. Periodes met snelle uitbraken en vloeiende combinaties wisselden zich ook in dit kwart af met momenten waarop aanvallend weinig schoten vielen en ballen onnodig werden weggegooid.

Van basketbal wordt wel eens gezegd dat het een “game of runs” is. Een fase van goed spel van de ene ploeg wordt vaak gevolgd door een sterke periode van het andere team. Hierbij is het dan zaak om het eigen “momentum” zo lang mogelijk te laten duren. Kerngedachte daarbij is om te blijven doen wat werkt, maar: “don’t overdo it”. Het in gebreke blijven hiervan lijkt deels een verklaring van het verlies. Jolly Jumpers kwam wat terug in de wedstrijd door sterk verdedigen. Vanuit enthousiasme werd steeds meer druk op de bal gegeven en werd er meer (eigenlijk: ook vanuit verkeerde plekken) geholpen in de verdediging. Dit met als gevolg dat de tegenstander veel driepunters en andere schoten makkelijk kon schieten. Die gingen vaak raak. Dit maakte dat Apollo Amsterdam vrijwel constant aan de leiding bleef. De ruststand was 27-34.

De tweede helft liet een vergelijkbaar spelbeeld zien. Het vierde kwart werd gestart met een stand van 48-52 voor de uitploeg. Ondanks vele gemiste vrije worpen aan Tubbergse zijde bleef Jolly Jumpers kans maken op de winst. De wedstrijd werd echte thriller. De score ging van 61-65 naar 63-66 in de absolute eindfase. Een laatste schot vanaf de driepuntslijn, waarbij het publiek haar adem inhield, ging net naast.

Lichtpunt deze wedstrijd was Tess Beernink. Als zij op de bank zit steunt ze actief en enthousiast haar medespeelsters. Constant zet ze luidkeels het roepen van “defense” in als verdedigd wordt. Ze moedigt aan en strooit met “high fives”. Tess bleek zaterdag klaar om te spelen. Ze kwam sterk van de bank. Verdedigend. Reboundend. Passend. Scorend. Lachend en gelijktijdig gefocust. Sommige mensen kunnen dat.

Net als Tess Beernink speelde ook de 15-jarige (!) Merel Braakhuis sterk. Ze bracht passie, strijd en lef. Dit tussen dames die jaren ouder zijn dan zij. Ze hield knap stand en daarvoor is een “Chapeau” op zijn plaats. Dat is Frans voor hoed of pet. Voor het spel van Merel Braakhuis kunnen we dan ook zeker onze pet of hoed af doen.

Een verlies dat hard aankomt? Absoluut. Teleurstelling? Zeker. Desondanks blijft er veel perspectief. De dames van U20 spelen knap mee in de hoogste competitie van Nederland. Dan blijft trots op zijn plaats, hoewel deze tegenvaller verwerkt moet worden. Presteren. Daar hoort vallen en opstaan bij. Vooral in een U20-competitie.

Categories: Nieuws